Dennis Gaens



Dennis Gaens (1982) schrijft proza en poëzie. Daarnaast is hij programmamaker bij De Wintertuin. Hij publiceerde in literaire tijdschriften zoals De Brakke Hond, Deus Ex Machina, Krakatau, Op Ruwe Planken en in verschillende bloemlezingen. Hij draagt dat werk ook graag voor en deed dat al op o.a. Dichters in de Prinsentuin, De Affaire, Onbederf´lijk Vers, het Wintertuinfestival en Lowlands. Momenteel schrijft hij in het geniep (net buiten Nijmegen) aan een dichtbundel en een roman. Hij kookt graag pasta en drinkt zijn koffie zwart en sterk.


Pantozol Control



Allereerst moet je je afvragen hoe zoiets als dit ooit gepitched is.
VROUW, dertiger, ze kijkt ongemakkelijk. Ze zit aan tafel ergens aan de zee en haar disgenoten lijken een gezellige tijd te hebben. Een oranje gloed verspreid zich op borsthoogte. CUT TO onderwaterscène. Een hoop kwallen die diezelfde oranje gloed uitstralen. De vrouw duikt het water in tussen de kwallen. CUT TO animatie van een maag, zelfde oranje gloed. CUT TO onderwaterscène. De vrouw duikt langs de kwallen omhoog, het water uit. Eenmaal boven water, neemt ze een houding aan die een beetje lijkt op het Pantozol logo. CUT TO verpakking.
Ik bedoel, dit moet door iemand van een (waarschijnlijk klein) reclamebureau bedacht zijn en (misschien nog wel erger) door iemand van het bedrijf goedgekeurd. Niet dat ik per sé briljante narratieven en dubbele lagen van reclames verwacht, maar dit gaat echt helemaal nergens over. Dit soort idiote reclames, die grappig noch informatief zijn, zijn een belediging aan het adres van elke consument. En het moest maar eens stoppen.
En dan nu naar de shit die wel gaaf is.

Sage Francis over Makeshift Patriot



Sage Francis een van de artiesten die ik echt hoog heb zitten. Dit clipje komt van de DVD Life is Easy en gaat over Makeshift Patriot, een lied dat nogal voor wat ophef zorgde. Het lied, dat een maand na 9/11 gereleased werd, gaat over het valse patriottisme en de slechte berichtgeving na de aanslag op de Twin Towers.
Wat hij hier in het begin zegt, is iets waar ik mezelf elke keer weer aan moet herinneren: werk dat iedereen tof vindt, zegt waarschijnlijk niets. Niet dat je per se aanstootgevend moet zijn of wat dan ook, maar veel schrijvers (en je ziet dit misschien nog beter in popmuziek) maken veilige, middelmatige zooi die je weer bent vergeten als je de pagina hebt omgeslagen.
Iets anders wat ik wel van hem heb meegekregen, en dat zit op het einde van dit filmpje een beetje, is dat je jezelf niet al te serieus moet nemen. Het lijkt paradoxaal met het vorige, maar niet compleet onverzoenbaar. Je moet wat je schrijft natuurlijk doodserieus nemen, maar je moet ook verder en er zijn voor jou nog miljoenen andere schrijvers.
Op de DVD vertelt hij ook nog hoe hij het lied geschreven heeft en sowieso is de DVD de moeite waard. Ik heb uit betrouwbare bron dat er genoeg torrents zijn te vinden voor wie geen geld heeft.

Buddy Wakefield – Human The Death Dance



Via Sage Francis naar Buddy Wakefield. Ik had liever een wat betere film van het gedicht alleen gehad, maar no dice, die is er niet. Skip even langs de wat lange outro van Hell of Year van Francis naar het moment dat Buddy Wakefield opkomt, 2:17.
Wakefield is tweevoudig wereld slamkampioen en slam is in de Verenigde Staten heel wat anders dan in Nederland of Duitsland. Wakefield is daar misschien wel een van de beste voorbeelden van. Hij vertelt verhalen vol orginele beelden die misschien alleen als gedichten gezien worden, omdat ze zo slim in elkaar gestoken zijn met herhalingen, ritme en beeldspraak.
Human the Death Dance is een van zijn beste gedichten en het staat in de bundel Live for a living. Het mooie aan die bundel is dat de gedichten afgewisseld worden met dagboeknotities en je zo echt behoorlijk wat inzicht krijgt in het ontstaan van die gedichten en misschien nog meer in de man erachter. Hij verkocht overigens zijn huis na zijn overwinning op het WK Slam en ging al tourend door Amerika in zijn auto wonen, maar dat terzijde.
Ik wil maar zeggen: Wakefield leeft zijn werk. Hij zit met elke centimeter van zijn lichaam in zijn teksten en dat zie je in deze voordracht wel terug. En het is iets wat elke artiest zou moeten nastreven.

Brian Wood over DMZ



Ik ben in veel opzichten een beetje een nerd. Ik hou van indie hiphop, schreef een scriptie over een obscuur literair-sociologisch verschijnsel op internet en: ik ben gek op comics.
Er komen tegenwoordig weer heel veel toffe strips uit en daarvan staat DMZ echt bovenaan in mijn lijst. Het mooie aan DMZ is dat het niet eens zoveel over politiek gaat, maar meer over het leven in een soort urban spookstad. Brian Woord verkent het idee van een grotendendeels van de rest van de wereld afgesloten Manhattan.
Dit is uiteraard geen diepte-interview maar ik heb het gekozen om deze zin: Every time I’d walk around the city, I’d be like ‘if i was gonna fight a war, that would be my sniper’s nest.’ Ik kan me daar helemaal in vinden. Het is hoe goede fictie ontstaat. Ik hou van kunst die ideeën verkent, de ‘wat als?’-vraag. Het levert interessante comics, teksten, whatever op. Als je jezelf kunt blijven verassen, kun je ook je lezers verassen.

Urban Screens – 555 Kubik



Om even in het urbane te blijven. Ik hou echt van steden, van de rommel, van de graffiti, de kraakpanden, de achterbuurten, de illegale feestjes in fabrieken, obscure kroegen, etc. De stad huisvest de epiek van onze eeuw en het is jammer dat veel mensen daar zo blind voor zijn.
Toen ik in Berlijn op vakantie was kwam ik in gesprek met Urbanophil: een clubje ‘urbanisten’ die een website runnen en verschillende avonden organiseerden rond het thema stad en alles wat daarmee te maken heeft. Via die club kwam ik op dit filmpje.
De jongens van Urban Screens (uit Hamburg) zijn goed en ik kan me bijna niet voorstellen hoeveel werk en vooral wiskunde er in een projectie als deze zit. Wat ik er zo tof aan vindt is dat je ziet hoeveel mensen hier gefascineerd naar zitten kijken. Dit soort projecten gooit een tweede, nieuwe laag over de stad en heeft iets vervreemdenda. Het trekt gebouwen uit hun contaxt en voegt een nieuwe dynamiek toe aan de stad. En het is natuurlijk gewoon vet om naar te kijken.

Wim Wenders – Der Himmel über Berlin (1987)



Toen ik jong was, bracht ik de weekenden door bij mijn vader in Duitsland. Columbo was daar echt de shit. Ik kende Peter Falk ook eigenlijk alleen als Duits pratende detective. Tot dat ik deze film zag, waarin hij Peter Falk speelt.
Zijn rol hierin is geweldig, maar de film draait natuurlijk niet om hem. Eigenlijk is het helemaal geen film, althans niet hoe wij tegenwoordig over films denken. Dit is een breiwerk van een aantal monologen en ondersteunende beelden en het mooie is: ook al zit er geen greintje actie in, de film blijft je van begin tot eind boeien.
Deze scène, waarin de engel Damiel (Bruno Ganz) met Peter Falk praat is een van mijn favorieten. Vooral die klunzige handdruk. Ik vind persoonlijk dat deze film verplicht moet worden gesteld in elke vorm van onderwijs. Om je wat te leren? Geen idee, maar het is belangrijk.

Blind Video Days



In Sittard, waar ik op de middelbare school zat, werd op een gegeven moment Deluge Skateboarding geopend. Officieel was dat een skateboardwinkel, maar in feite was het vooral een hangplek voor skaters als het regende. De eigenaar had een hoek ingericht met super comfy banken en een TV waar non-stop skateboard video’s draaiden. Daarnaast verkocht hij gevulde koeken en shit, dus er was eigenlijk geen reden om die winkel te verlaten.
Blind Video Days is een van de meest legendarische skateboardvideo’s aller tijden (misschien op Dogtown en Z-Boys na) en wordt wel eens de Citizen Kane van de skatewereld genoemd. Het stuk met Mark Gonzales is mijn favoriet. In plaats van de gebruikelijke punk of hip hop een fijne Coltrane-plaat op de achtergrond. En alles wat die man doet ziet er goed uit.
Ik skate tegenwoordig niet meer, maar zo nu en dan heb ik deze film nodig om weer even in die mindset te komen. Hij herinnert me aan een tijd dat alles nog redelijk relaxed was, dat ik in een bandje speelde en dat het niet zoveel uitmaakt wat we ermee zouden bereiken. Dat je dingen deed, gewoon omdat het tof was. Dat we fuck-ups waren, maar dat we wel gigantisch veel lol hadden. Jeugdsentiment dus.
Het is een troost om te weten dat alle skaters uit deze film goed terecht zijn gekomen. Mark Gonzales is een bekend kunstenaar geworden, Jason Lee (die overigens erg mooi zingt in de film) een acteur en Spike Jonze een bekend regisseur. Er is hoop.

Brett Gaylor – RiP: A Remixers Manifesto



Ergens is deze documentaire vast wel ergens in zijn geheel te zien, het gaat namelijk om het recht je cultureel erfgoed toe te eigenen en er nieuw werk mee te creëren. Vanaf dat ik met schrijven op internet actief was, heb ik altijd alles onder Creative Commons licenties ter beschikking gesteld. Ook de bundels van de Mugwumps, waar we toch best veel geld in hadden gestoken van het weinige geld dat we hadden, stelden we gratis ter beschikking op het internet. Volgens mij wil je als artiest dat je werk gezien, gelezen of gehoord wordt. Je moet er volgens mij mee strooien en het niet angstvallig geheim houden voor de buitenwereld totdat je een platenmaatschappij, uitgever of galerij hebt gevonden die je werk wil presenteren. Kunst maken ging nooit over geld en dat zal het ook nooit gaan.
Het verhaal is natuurlijk al uitgekauwd: door het internet is veel content gratis beschikbaar gekomen, legaal en illegaal. Platenmaatschappijen en filmstudio’s voelen zich bestolen en lanceren een oorlog op downloaders. Ook Buma Stemra doet mooi mee en zorgt ervoor dat websites zoals deze binnenkort misschien niet meer mogelijk zijn.
Naast gewoon illegaal downloaden is ook remixen uit den boze. Fuck it. Remixen is van alle tijden. Er is alleen zoiets als een schaalvergroting geweest door internet en de beschikbaarheid van goedkope computers met nog goedkopere software. De productiemiddelen zijn nu gedemocratiseerd. Deze documentaire is voor iedereen die nog steeds denkt dat samplen, remixen en parodiëren vormen van diefstal zijn.

Jack Kerouac – Pull My Daisy



Ik heb lang getwijfeld of ik Kerouac nou moest opnemen in dit lijstje of niet. Aan de ene kant is die man de reden dat ik veel actiever ben gaan schrijven en heb ik zowat al zijn boeken in mijn kast staan. Aan de andere kant heeft elke jonge schrijver dat waarschijnlijk en heeft iedereen alles al gezien wat er te vinden is over de man.
Maar ik ben er vaak achter gekomen dat zelfs de meest devote Keroauc-fans de film Pull My Daisy niet kennen. Het is een film van Robert Frank, geschreven en verteld door niemand minder dan Kerouac. In dit fragment wordt het een ‘Bohemian Seinfeld’ genoemd en daar zit misschien wel wat in.
De cast (vrienden van Kerouac) blinkt niet uit door briljant acteerwerk en de overall feel van de film is een beetje amateuristisch. De voice over van Keroauc maakt echter veel goed. En het is fijn om mensen gewoon iets te zien maken waar ze zin in hebben. Het stuk over cockroaches is een geweldig stuk poëzie. De hele film kun je hier zien.

Family Guy – Brian’s Novel



Dit filmpje is pijnlijk confronterend. Er is een bepaalde limiet aan hoe lang je kunt zeggen dat je aan een roman werkt. Daarna wordt het gewoon genant. Maar goed, als schrijver moet je nu eenmaal ook in literaire tijdschriften publiceren, voordragen en nog eens lijstjes met YouTube-filmpjes maken. In 2010 komt het manuscript er. Ik beloof het plechtig. Bij dezen.


- - - - - - - - - - -

NEXT: Marianne Lock

Geen opmerkingen:

Een reactie posten